De Noordelijke ijszee wekt als een air conditioner voor het wereldwijde klimaat systeem. Het ijs koelt op een natuurlijke manier de lucht en de ijsmassa, die een belangrijke rol spelen bij de circulatie van het water van de zeen, en weerkaatst zonnestraling terug de ruimte in. In de afgelopen jaren is het ijs in de Noordelijke ijszee met een verontrustende hoeveelheid geslonken.
Wetenschappers die het ijs in de Noordelijke ijszee vanuit de ruimte volgen hebben vandaag bekend gemaakt dat deze winter voor het vijfde achtereenvolgende jaar het ijs bijna niet is aangegroeid. De zes periodes waarin het ijs nauwelijks is aangegroeid sinds het onderzoek met satellieten in 1979 is begonnen liggen allemaal in de periode 2004 tot 2009.
Tot voor kort overleefde heeft grootste deel van het Antarctische ijs de zomer en vaak meerdere zomers. Maar is dat drastisch veranderd, volgens een team van het University of Colorado, Boulder, dat geleid wordt door Charles Fowler.
Het dunne seizoensijs, ijs dat elk jaar smelt en weer opvriest, bedekt 70 procent van de Noordelijke IJszee in de wintertijd, dat is gegroeid van 40 to 50 procent in de jaren '80 en '90. Het kikker ijs, dat meer als twee of meer seizoenen, bedekt nu nog maar 10 procent in de winter. Dat was voorheen 30 tot 40 procent.
Volgens onderzoekers van het National Snow and Ice Data Center in Boulder, Colorado, bedekte het ijs in de winter van 2008-2009 een oppervlakte van 9.40 miljoen vierkante kilometer. Dat is bijna 450.000 vierkante kilometer minder dan in de jaren tussen 1979 en 2000.
Meer informatie (NASA/Eng.): www.nasa.gov |